8 Tips voor het geven van feedback

1. Als je niks positiefs over iemand kan zeggen, laat dan feedback achterwege
   
   Zeker als we ons ergeren aan het gedrag van iemand anders, is dat deel van het gedrag nog het enige dat we zien. Feedback wordt dan eerder gebruikt als een strafexpeditie. Door in je feedback te beginnen met het benoemen wat je goed vindt spreek je waardering uit voor de goede punten van de ander en laat je zien, dat je de ander serieus neemt. Jouw feedback zal daarom ook eerder serieus worden genomen door de ander.
   
   
2. Wacht niet te lang met het geven van feedback
   
   Geef feedback zo snel mogelijk nadat je iets hebt waargenomen. De persoon die je feedback geeft kan zich dan nog het beste herinneren wat er is gebeurd. Denk eraan, dat het gebeurde misschien voor jou heel belangrijk is, maar dat hoeft het zeker niet voor de andere persoon te zijn. Als je wacht tot morgen kan het heel goed gebeuren, dat de ander zich helemaal niks meer kan herinneren van wat er is gebeurd.
   
   
3. Verwacht geen antwoord, verwacht niet om gelijk te krijgen, verwacht geen excuses
   
   Het geven van feedback is erop gericht om aan een ander duidelijk te maken wat zijn of haar gedrag bij jou heeft gedaan. Het is aan de ander om daar (n)iets mee te doen. Wellicht ziet de ander het helemaal anders. Door niks van de ander te 'willen', laat je de mogelijkheid open om erover te praten. Het luisteren naar elkaars standpunten kan vervolgens verhelderend werken voor beide partijen.
   
   
4. Geef feedback op zichtbaar gedrag
   
   Wees in je beschrijving van de gebeurtenis waarover je feedback geeft zo feitelijk mogelijk. Je kan niet in het hoofd van een ander kijken. Je weet niet wat iemand denkt. Je weet niet waarom iemand iets doet. Laat daarom alle speculaties over het 'waarom' achterwege. Als de ander je het wilt vertellen, dan is dat oké. Zo niet, dan is dat ook oké.
   
   
5. Vertel wat het met jou persoonlijk doet - gebruik IK zinnen
   
   De beste manier om iemand duidelijk te maken wat zijn gedrag bij een ander oproept is om te vertellen wat het met JOU doet ("Ik voel me ..."). Haal er geen anderen bij ("iedereen vindt dat jij ..." of "Jan en Kees vinden dit ook") om je argumenten kracht bij te zetten. Als anderen feedback willen geven, laat dat dan aan hen over.
   
   
6. Vertel wat de ander zou kunnen doen zodat het voor jou beter wordt
   
   Vertel niet alleen wat de ander bij jou oproept. Als je aangeeft wat de ander zou kunnen doen om het voor jou beter te maken, geeft dat de ander meer mogelijkheden om zijn of haar gedrag aan te passen. Vaak weet de ander niet eens hoe jij je voelt en wat je graag anders zou willen.
   
   
7. Haal geen oude koeien uit de sloot
   
   Geef alleen feedback over wat er net is gebeurd. Ga niet zeggen dat de persoon dit eerder heeft gedaan. Daar kan hij of zij toch geen verandering meer in aanbrengen. Gebruik het teruggrijpen op oude situaties niet om je argumenten kracht bij te zetten of om het feit dat je feedback geeft 'goed te praten'.
   
   
8. Weet zelf ook feedback te ontvangen
   
   Wees een voorbeeld voor de ander. De volgende keer geef ik tips om feedback te ontvangen